Het was al geweten dat het selectiewerk zou uitgaan van twee stellingen: (1) meten is weten en (2) wie hiertoe bijdraagt kan hiervoor een vergoeding krijgen. Dit lijkt de evidentie zelf, maar tot voor kort was ons selectiewerk in Vlaanderen vooral gebaseerd op de goede herkomst van de teeltmoeren en gebeurde de aanparing eveneens op basis van de goede reputatie van de (eiland-) bevruchtingsstations. Uitzondering hierop waren de zgn. ‘beebreeders’ die over een ruim arsenaal aan testprocedures beschikten om de teeltwaarde van een moer te bepalen. De aanparing gebeurt hier ook op basis van computer-voorspellingen volgens het BLUP (Best Linear Unbiased Prediction) model. Deze twee werelden verzoenen bleek een onwaarschijnlijke uitdaging.
Met deze nieuwe modaliteiten wordt een belangrijke eerste stap gezet om het selectiewerk in Vlaanderen op een nadere manier te organiseren, die meer tegemoet komt aan het moderne denken dienaangaande. Doch, in zijn e-mail aan de betrokkenen verzekert prof. Dirk de Graaf de correspondenten dat hij met deze koerswijziging niemand met de vinger wil wijzen. Wij citeren even uit deze e-mail:
“Mag ik vragen om deze koerswijziging niet als een persoonlijke terechtwijzing te zien. Niemand treft schuld bij de manier waarop we nu bezig zijn. Meer nog, het merendeel van de telers heeft vele jaren hard gewerkt voor het selectiewerk in Vlaanderen en ik ben jullie daar heel dankbaar voor. Maar er is op het vlak van selectiewerk nogal wat veranderd in de wereld. Meer en meer landen zien in dat het selectiewerk vaak totaal vervreemd is van de biologie van de honingbij en de inzichten die de wetenschap ons gegeven heeft. Hier en daar zijn er onderzoekers die durven hieraan te veranderen en die het voortouw nemen om bij te sturen. Zelf heb ik 6 jaar het Vlaams Bijenteeltproject geleid en stapelde de bewijslast zich op dat er moest ingegrepen worden. Toen we een jaar geleden beslist hebben om te gaan voor een ambitieus Vlaams Bijenteeltprogramma met co-financiering door de Vlaamse Overheid, kon ik niet anders dan deze koerswijziging ook in Vlaanderen te implementeren.” Einde citaat.
Het is nu het voorrecht van de direct betrokkenen om als eerste in kennis te worden gesteld over de nieuwe modaliteiten. We zullen evenwel niet nalaten u hiervan nadien in kennis te stellen.